Historie Congregatie Bergen op Zoom

In 1838 begon de geschiedenis van de Franciscanessen van Bergen op Zoom met de komst van zuster Rosa de Bie en vier medezusters. Tussen 1838 en 1964 zijn er 341 zusters ingetreden tot de Congregatie. Deze zusters hebben gezorgd voor de complete opbouw van de gezondheidszorg in Bergen op Zoom:

Ziekenverpleging

Ze zijn gestart met deze activiteit in de Geweldigerstraat, in het Catharinagesticht. In 1838 waren de kosten van verpleging ƒ 0,20 per dag. In oktober 1882 kon het nieuwe gasthuis in de van Dedemstraat worden geopend (ABG). Er waren 76 bedden, die vooral bestemd waren voor de ouderen in Bergen op Zoom. In deze tijd was de gemiddelde verpleegduur anderhalf tot 2 maanden. In de loop van de jaren is het ABG steeds verder uitgebreid met bijvoorbeeld een kinderafdeling en een zonnehuis voor de verpleging van tbc-patiënten. Ook in de oorlogsperiode 1940 – 1945 werd er geopereerd, ook op het moment dat er een V1 viel schuin tegenover het ABG. Tot de jaren 60 van de vorige eeuw bleven de zusters de verantwoordelijkheid houden voor de patiënten. In de verpleging waren zij veruit in de meerderheid en hadden ze de posities van afdelingshoofd. In 1968 is het ziekenhuis Lievensberg (nu Bravis) bij de rijksweg geopend. De zusters verhuisden mee en 7 zusters vervulden in dat jaar nog de rol van afdelingshoofd. Daarna heeft de gezondheidszorg een zeer sterke ontwikkeling door gemaakt. De personele omvang werd steeds groter en de functies zijn toen overgenomen door het personeel met de diverse specialistische opleidingen.

Ouderenzorg

Toen in 1882 naar het ABG werd gegaan is in de Geweldigerstraat gestart met de Ouderenzorg. De bewoners kochten zich in de ouderenzorg in. In 1957 overleed een mevrouw die 54 jaar daar heeft gewoond en zich in 1903 heeft ingekocht voor ƒ 700,–. Bij haar overlijden heeft ze via een testament een extra bedrag nagelaten aan de Congregatie. Naderhand is de ouderenzorg verder doorontwikkeld naar de Bejaardenzorg. In 1972 waren er 250 bewoners. In 1992 heeft de laatste zuster de bejaardenzorg verlaten en was intussen alles overgedragen aan de specialistische organisaties. Nu is dit tanteLouise.

Wezenzorg

Het weeshuis bestond al voor de zusters in onze stad kwamen. Vanaf 1860 worden de katholieke kinderen verzorgd door de zusters. Eerst in een pand aan de Geweldigerstraat, vanaf 1886 in de oude pastorie in de Blauwehandstraat (’t Swaantje). Tijdens de Eerste Wereldoorlog zijn ook Belgische wezen opgenomen. Begin 1940, bij het begin van de Tweede Wereldoorlog werd dit pand gevorderd en verhuisden de wezen met de zusters naar het Catharinagesticht in de Geweldigerstraat. In 1945, na 88 jaar, eindigde deze taak omdat de wezen naar een kostschool konden en de zusters dringend nodig waren bij andere gezondheidstaken.

Wijkverpleging

In 1905 namen de zusters een nieuwe taak op zich: het verplegen van zieken aan huis, de wijkverpleging. Dit hebben zij niet alleen in Bergen op Zoom gedaan, maar in diverse plaatsen in West-Brabant. Als de dienst klaar was kwam de zuster gewoon met de tram terug uit Putte. Maar ook is de wijkverpleging opgestart in plaatsen verder weg, zoals in Lobith en Hontenisse (Zeeland). In 1945 werden in de diverse plaatsen ruim 45.000 bezoeken afgelegd. In het begin van de jaren 50 van de vorige eeuw is dit werk afgebouwd. Het werk werd volledig overgenomen door professionele organisaties (Wit Gele Kruis).

Overige bijzonderheden van de Congregatie:

  • In 1855 kreeg de Congregatie voor het eerst een burgerlijke status. Toen werd onder de zinspreuk “Toevlugt in Lijden” een vereniging opgericht die zich ten doel stelde zieken te verplegen en barmhartige werken te verrichten.
  • Tijdens de epidemieën, zoals cholera, pokken en tyfus, liepen de ziekenverpleegsters grote risico’s. Minstens zes zusters hebben dit met hun leven moeten bekopen.
  • In 1900 bestond de Congregatie uit 63 zusters.
  • 1914 – 1918: Het ABG was een toevluchtsoord voor zieken en zwakke Belgen. Dit veroorzaakte veel extra werk.
  • Bij het 100-jarig bestaan van de Congregatie in 1938 is de naam van de Vischmarkt veranderd in Sint Catharinaplein.
  • In de Tweede Wereldoorlog was de werkdruk zeer groot. Deze werd opgelost door onder andere lekenverpleegsters in te zetten.
  • In de ruim 180 jaar van de Congregatie zijn er veel veranderingen geweest. Vanaf 1953 hoefden de zusters niet meer met houten lepels en vorken van de plankjes en de bruine borden te eten. Ze kregen gewone lepels, vorken en bordjes. ’s Middags kregen ze diepe borden.
  • Tussen 1838 en 1958 is de kleding van de zusters niet veranderd. In 1958 kregen ze minder zware kappen en een ander kruis.
  • In 1968 werd besloten dat de zusters desgewenst hun eigen budget mogen beheren.
  • In de jaren 60 van de vorige eeuw namen de zusters ook deel aan de Vastenavend, het Ketrientjesbal.
  • In 2011 wordt het bestuur geïnstalleerd dat volledig uit leken bestaat.
  • De Congregatie had vele jaren moeite om de financiële touwtjes aan elkaar te knopen, want veel zusters werkten “pro Deo” of wel “voor God”.

Feestelijkheden in het verleden

De zusters stonden ook stil bij jubilea, hetgeen blijkt uit programmaboekje en feestgidsen van respectievelijk een zilveren en gouden jubilea van Zr. Mathea in 1938 en 1963. Als u onderstaande linken opent, ziet u de daarvoor vervaardigde stukken.
Feestgids zilveren jubilea Zr. Mathea
Programmaboekje gouden jubileum Zr. Mathea
Feestgids gouden jubileum Zr. Mathea